Fotoverslag: The Song of the Earth van David Hockney

Er is iets merkwaardigs geruststellends aan het werk van David Hockney. Zijn bossen, soms monumentaal geschilderd, soms getekend op de iPad, lijken te suggereren dat stilstand nog mogelijk is. Terwijl de wereld versnelt en het dagelijks leven steeds meer een race wordt, legt Hockney vast wat zich niet laat haasten: de traagheid van bomen, seizoenen, licht.

In The Song of the Earth staat Hockney naast Van Gogh, Munch en Scandinavische symbolisten. Die confrontatie laat zien dat het nooit om rust alléén gaat, maar om een spanning: schoonheid naast vergankelijkheid, verlangen naast verlies. Van Gogh vindt traagheid in een koffiepot en twee kopjes; Munch toont de afgrond van angst en dood; Mahler weeft daar zijn melancholische lofzang op de aarde doorheen.

Terwijl ik door de zalen loop, besef ik hoe dit aansluit bij mijn eigen zoektocht naar verlangzaming. Weg van het tempo van algoritmes en deadlines, terug naar het ritme van ademhalen, wandelen, kijken. Kunst zoals deze bevestigt dat verlangzamen geen luxe is, maar noodzaak.

De aarde blijft zingen, of wij luisteren of niet. Deze tentoonstelling nodigt uit om stil te staan en die stemmen te horen — en ons eigen leven op een trager ritme af te stemmen.


Vorige
Vorige

Vooruit met Simone Kleinsma: herinnering als ankerpunt

Volgende
Volgende

De Pupil is een film, over seksueel geweld bij kinderen, waar je niet van weg kunt kijken